Zeker in de donkere maanden van het jaar is goede verlichting een belangrijk onderdeel van uw interieur. Licht heeft een grote invloed op kleuren, de sfeer en de ruimtewerking in uw huis.
Verlichting is vaak het laatste wat in een interieur geplaatst wordt, maar is vanaf de beginfase al heel belangrijk.
Als u gaat verhuizen of opnieuw gaat inrichten is het handig om eerst een plattegrondtekening te maken met een meubelopstelling, en na te denken wat u waar wilt doen. Zo is goed te zien waar u accentverlichting (direct licht), basis- of sfeerverlichting (indirect licht) of diffuus (algemeen) licht nodig hebt. Als alles op de tekening is aangegeven ziet u ook waar u stopcontacten nodig hebt, en waar ze nog moeten komen. Tijdens de verbouwing kunt u de elektricien een goed doordacht schema voorleggen, en zoveel mogelijk snoeren en draden laten wegwerken of camoufleren. Niets is lelijker dan overal snoeren te zien hangen.
Drie soorten verlichting
Een verlichtingsplan wordt eenvoudiger als we de verlichting verdelen in drie groepen:
1. Accentverlichting. Dit licht maakt het mogelijk een krant te lezen of iets dergelijks. Het oog ontvangt de lichtstraal rechtstreeks. Ideaal licht voor een werkplek, maar ook om een schilderij mee uit te lichten.
2. Basis- of Sfeerverlichting. De lichtbron ziet u niet als zodanig. Wanden, vloeren, vlakken en plafonds worden als reflecterende oppervlakken gebruikt. Een gematigde, gezellige verlichting die ervoor zorgt dat de ruimte redelijk verlicht is.
3. Diffuus licht. Hier wordt het licht naar alle kanten verspreid. Het is erg saai, algemeen, gelijkmatig, en schaduwloos licht. ( Bijv. het lichtbolletje in het toilet.)
Daglicht
Overdag wordt een huis verlicht met natuurlijk licht. In de ochtend is er een andere lichtinval dan in de middag of aan het begin van de avond. Het licht in de woning verandert continu.
Elke avond hebben we vaak dezelfde verlichting aan, omdat we te weinig lichtbronnen hebben of omdat we te weinig spelen met het licht. Door middel van het gebruik van dimmers kunnen we lichtbronnen een andere functie geven en een andere sfeer creëren. Bijvoorbeeld de lamp boven de eethoek kan met behulp van een dimmer veranderen van leeslicht naar schemerlicht bij een romantisch dineetje.
Hetzelfde geldt voor een vloerlamp bij de zithoek, welke u met een dimmer kan veranderen van leeslicht naar schemerlicht om gezellig bij te praten met een wijntje.
Licht en kleur
Zonder licht is er geen kleur. Het licht van de noordzijde is koud, het oostelijk licht is warmer, maar toch kouder dan het volle warme middaglicht van het zuiden en westen. Warm licht accentueert warmte en neutraliseert koude kleuren. Het mooiste is om kunstlicht de kleur te geven van warm zon- en daglicht. Het is belangrijk dat de kleurharmonie in de avond met kunstlicht net zo mooi is als overdag met daglicht.
Licht en emotie
Met licht creëren we als het ware een emotie.
Zonlicht maakt mensen vrolijk. Een dineetje met kaarslicht is romantisch. Denk ook eens aan een zonsondergang. Een perfecte verlichting bestaat uit contrasten. Contrastwerking is te vergelijken met een zonnige dag met verlichte- en schaduwplekken. Door met contrasten te durven werken voeg je decoratieve accenten toe aan het interieur.
Licht dat door middel van spotjes op bijvoorbeeld delen van een kunstwerk / beeld staan gericht, kunnen een mooi dramatisch beeld vormen.
Licht en ruimte
Vanuit ons instinct gaan / lopen we altijd naar het licht toe. Waar licht is, is ruimte.
Met licht kan je een ruimte ook optisch laten veranderen. Een ruimte kan breder of smaller, hoger of lager lijken door het licht op de juiste muren, het plafond of de vloer te concentreren. Een woning kan enorm veranderen, wanneer er een lichtkoepel in een ruimte wordt geplaatst.
Menig huis is veel lichter, warmer en ruimer geworden door aan de woonkamer een serre te plaatsen, welke een zee van licht en ruimte geeft. De grens tussen binnen en buiten is hiermee vager.
Licht en functie
Om een lichtplan voor een bepaalde ruimte te maken is het belangrijk om goed na te denken over de functie van de ruimte. Waar wordt de ruimte voor gebruikt? Voor slapen, koken, relaxen, werken, douchen of badderen, televisie kijken, of lezen? Welke sfeer moet de ruimte uitstralen? Wie gaat van deze ruimte gebruik maken? Waar wilt u wat doen? Welk licht heeft u daarbij nodig? Bedenk dat iemand van 65 jaar ruim 3,5 keer zoveel licht nodig heeft als iemand van 25 jaar. De lichthoeveelheid moet dus kunnen worden aangepast (dimmer) aan verschillende leeftijden in een gezin.
Spelen met licht
Met koofverlichting ( een koof is een plank aan het plafond, die de gordijnrail afdekt ), die zorgt voor een basisverlichting met voldoende licht voor de gehele ruimte, kunt u ook spelen. Afhankelijk van de gewenste sfeer, kleur of invloeden van buitenaf, kunt u door middel van een dimmer de situatie aanpassen.
Plaats eens een lampje op de vloer onder een kast of bovenop een kast.
Een klein lampje dat tussen de planten omhoog schijnt geeft ook een mooi effect tussen de bladeren. Hoe meer lichtbronnen hoe beter. Alle verlichting hoeft namelijk niet altijd aan.
Als er meerdere lichtbronnen in een interieur zijn is er steeds een keuze te maken, afhankelijk van de gewenste sfeer, welke delen van een ruimte verlicht worden, en welke niet.
Zo kan je voor alle jaargetijden een ander lichtplan creëren.
Verlichting maakt of breekt een interieur af.
No comments:
Post a Comment